Jullie moeten de volgende heffingen afdragen:

een zesde efa over een ezelslast tarwe en een zesde efa over een ezelslast gerst; wat betreft de olie, gemeten in bat:

een tiende bat over een kor olie – een ezelslast bevat tien bat, dus tien bat is een ezelslast; één dier uit een kudde van tweehonderd uit de waterrijke gebieden van Israël, als graanoffer, brandoffer en vredeoffer, waarmee voor de bevolking verzoening wordt bewerkt – spreekt God, de HEER. De voltallige bevolking van het land moet deze heffing aan de vorst van Israël afdragen. Vervolgens is het aan de vorst om brandoffers, graanoffers en wijnoffers te brengen op de feesten, op sabbat en op nieuwemaan, op alle hoogtijdagen van het volk van Israël. Het is de vorst die het reinigingsoffer moet brengen, het graanoffer, het brandoffer en het vredeoffer, om verzoening te bewerken voor het volk van Israël.

Feesten en offers.

Dit zegt God, de HEER:

Neem op de eerste dag van de eerste maand een jonge stier zonder enig gebrek, en reinig daarmee het heiligdom van zonde. De priester moet wat bloed van het offerdier aan de deurpost van de tempel strijken, aan de vier hoeken van de grote omgang van het altaar en aan de deurpost van de poort naar de binnenhof. Doe hetzelfde op de zevende dag van de maand, voor wie onopzettelijk of uit onwetendheid zondigt, om verzoening te bewerken voor de tempel.

Op de veertiende dag van de eerste maand moeten jullie Pesach vieren, het feest waarop er zeven dagen lang ongedesemd brood gegeten wordt. Op die dag moet de vorst een stier als reinigingsoffer brengen, voor zichzelf en voor de hele bevolking van het land. En op alle zeven dagen van het feest moet hij een brandoffer aan de HEER brengen, elke dag zeven stieren en zeven rammen zonder enig gebrek, zeven dagen lang, en elke dag een bok als reinigingsoffer. Als graanoffer moet hij bij elke stier en bij elke ram een efa graan doen, en bij elke efa graan een hin olie.

Vanaf de vijftiende dag van de zevende maand, op het feest, moet hij hetzelfde doen:

zeven dagen lang moet hij dezelfde reinigingsoffers, brandoffers, graanoffers en olieoffers brengen.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 6:11-14 Israël getroffen door het zwaard ...
Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2
Ezechiël 45:1-12 Verdeling van de grond 1
Ezechiël 12:20-28 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 10:1-12 1
Ezechiël 8:12-18 Visioen in de tempel van Jeruzale...
Ezechiël 11:14-25 2
Ezechiël 34:21-31 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 19:1-14 De leeuwin en de wijnstok
Ezechiël 48:13-22 2
Ezechiël 43:12-20 De verschijning van de HEER keer...
Ezechiël 31:12-18 2
Ezechiël 46:12-24 2
Ezechiël 23:1-16 Ohola en Oholiba 1
Ezechiël 17:1-14 De adelaars en de wijnstok 1
Ezechiël 12:11-19 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 22:1-17 Oordeel over Jeruzalem 1
Ezechiël 4:1-10 1
Ezechiël 28:1-15 1
Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1
Ezechiël 23:45-49 Ohola en Oholiba 4
Ezechiël 41:1-12 1
Ezechiël 10:13-22 2
Ezechiël 29:1-12 Profetie tegen Egypte 1
Ezechiël 13:1-13 1
Ezechiël 30:15-26 2
Ezechiël 36:26-38 3
Ezechiël 25:1-9 Profetie tegen de volken die Israë...
Ezechiël 11:1-13 1
Ezechiël 22:18-31 Oordeel over Jeruzalem 2
Ezechiël 39:15-29 2
Ezechiël 24:1-14 De kookpot 1
Ezechiël 3:1-17 1
Ezechiël 39:1-14 1
Ezechiël 7:1-13 Het einde komt 1
Ezechiël 33:1-11 Ieder mens naar zijn daden beoord...
Ezechiël 41:13-26 2
Ezechiël 26:1-11 Profetie over Tyrus 1
Ezechiël 17:15-24 De adelaars en de wijnstok 2
Ezechiël 21:1-16 Het goddelijk zwaard 1
Ezechiël 15:1-8 Het hout van de wijnstok
Ezechiël 27:1-19 1
Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1
Ezechiël 20:26-36 Israël opstandig en ontrouw 3
Ezechiël 40:1-12 De nieuwe tempel 1
Ezechiël 8:1-11 Visioen in de tempel van Jeruzalem...
Ezechiël 32:25-32 3
Ezechiël 7:14-27 Het einde komt 2
Ezechiël 44:20-31 Toegang tot de tempel 3
Ezechiël 28:16-26 2
Ezechiël 44:1-10 Toegang tot de tempel 1
Ezechiël 9:1-11 1
Ezechiël 40:40-49 De nieuwe tempel 4
Ezechiël 40:27-39 De nieuwe tempel 3
Ezechiël 5:1-9 1
Ezechiël 1:15-28 Ezechiël geroepen 2
Ezechiël 44:11-19 Toegang tot de tempel 2
Ezechiël 2:1-10
Ezechiël 13:14-23 2
Ezechiël 34:11-20 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 43:1-11 De verschijning van de HEER keert...
Ezechiël 20:1-12 Israël opstandig en ontrouw 1
Ezechiël 6:1-10 Israël getroffen door het zwaard 1
Ezechiël 32:1-15 1
Ezechiël 34:1-10 De slechte herders en de goede he...
Ezechiël 30:1-14 1
Ezechiël 4:11-17 2
Ezechiël 18:14-22 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 47:13-23 De grenzen van het land 2
Ezechiël 21:29-37 Het goddelijk zwaard 3
0Shares